#Probeersel #Datetypen a= 10 print(type(a).__name__) b= 2.0 print(type(b).__name__) c= 'hallo' print(type(c).__name__) #Probeersel 2 #Speciale integer a= 5 b= 2 c= a/b print(c) print(type(c).__name__) #Probeersel 3 #Speciale float a= 5.0 b= 2 c= a/b print(c) print(type(c).__name__) #Probeersel 4 #Kijken of de getallen float zijn a= 10e17 print(type(a).__name__) b= 2**0.5 print(type(b).__name__) #Probeersel 5 #Zelfstandig karakters uit strings printen Tekst1= 'Hallo' print(Tekst1[0:2]) #Note: Hij print TOT karakter 2. Dus karakter 0 en 1. Je krijgt Ha, en niet Hal print(Tekst1[0][1:2]) #Note: De commant print alleen de karakters die in beide [] zitten. in dit geval geen. print(Tekst1[0:4][1:4][2:3]) #Note: Omdat alleen [2:3] in alle [] zit, print hij alleen deze. Je kr$ijgt dus L #Probeersel 6 #Int, flt en str naar andere vormen converteren Een_int= 10 Een_float= 1.6 Een_str= '5' Een_float2= 2.9 #Converteren naar integer New_int1= int(Een_float) New_int2= int(Een_str) New_int3= int(Een_float2) print(New_int1) #Note: Ook al was de float 1.6, hij heeft het naar 1 afgerond. print(New_int2) #Note: Een string kan geen kommagetal int()'en print(New_int3) #Note: Ook 2.9 rond hij mnaar beneden af, als je getal int() gebeurt dit. #Convergeren naar float New_float1= float(Een_int) New_float2= float(Een_str) print(New_float1) print(New_float2) #Converteren naar string New_string1= str(Een_int) New_string2= str(Een_float) print(New_string1) #Note: De nieuwe strings zien er hetzelfde uit als de integer en float, alleen behandeld het programma print(New_string2) # ze niet meer zo. #Voorbeeld in de praktijk Som= Een_int+ float(Een_str) Tekst= str(Een_int)+ '+'+ Een_str+ '='+ str(Som) print(Tekst) #Bijzonderheden met converteren New_float3= 2.8 New_int4= int(New_float3) print(New_int4) New_float4= float(New_int4) print(New_float4) #Note: De float werd een integer, het werd afgerond naar 2. Toen diezelfde integer weer en float werd, werd het 2.0 # en niet 2.8 #Probeersel 7 #Optellen a= 4+ 5 print('4 + 5 = '+ str(a)) #Aftrekken b= 10- 5 print('10 - 5 = '+ str(b)) #Vermenigvuldigen c= 12* 12 print('12 x 12 = '+ str(c)) #Delen d= 20/ 4 print('20 / 4 = '+ str(d)) #Machten e= 3**3 print('3 ^ 3 = '+ str(e)) #Haakjes h= 4+ 2* 4 print('4 + 2 x 4 = '+ str(h)) i= (4+ 2)* 4 print('(4 + 2) x 4 = '+str(i)) j= 2* 2** 3 print('2 x 2^3 = '+ str(j)) k= (2* 2)** 3 print('(2 x 2)^3 = '+str(k))
Run
Reset
Share
Import
Link
Embed
Language▼
English
中文
Python Fiddle
Python Cloud IDE
Follow @python_fiddle
Browser Version Not Supported
Due to Python Fiddle's reliance on advanced JavaScript techniques, older browsers might have problems running it correctly. Please download the latest version of your favourite browser.
Chrome 10+
Firefox 4+
Safari 5+
IE 10+
Let me try anyway!
url:
Go
Python Snippet
Stackoverflow Question